Johannes Vermeer, Meisje met de rode hoed (c. 1666-1667)

Meisje met de rode hoed is een van de kleinste werken van Johannes Vermeer, geschilderd op een paneel in plaats van op zijn gebruikelijke canvas. Het meisje zit omgedraaid in haar stoel en lijkt met haar openhartige blik een gesprek aan te willen gaan met de toeschouwer. Meisje met de rode hoed is afgebeeld met een ongebruikelijke spontaniteit en ongedwongenheid. Wat het meest opvalt aan het schilderij is het prachtige kleurgebruik, de compositie en de psychologische effecten die dit teweegbrengt. Vermeer heeft in twee uitgesproken gebieden van het schilderij twee belangrijke kleuren gebruikt: levendig rood voor de hoed en weelderig blauw voor de japon. De intensiteit van de witte halsdoek maakt het één geheel.
            Vermeer trad in de voetsporen van zijn vader en werd kunsthandelaar in Delft. Er zijn geen bewijsstukken van zijn kunstopleiding of leerlingschap, maar in 1653 werd hij lid van het Sint Lucasgilde in Delft, waar hij tussen 1662 en 1671 vier keer hoofdman zou worden. Hoewel hij tijdens zijn leven redelijk gewaardeerd werd, liet hij grote schulden na toen hij in 1675 overleed. Pas in de late negentiende eeuw werd Vermeer beroemd om zijn afbeeldingen van intieme en burgerlijke taferelen en stille stadsgezichten.